De Engelenmaker – Stefan Brijs
Atlas, Amsterdam, 2005
Aantal bladzijden: 429
Genre: psychologische roman
Samenvatting
Het boek is opgedeeld in drie delen: deel een
speelt zich af in het ‘nu’, deel twee bestaat uit twee verschillende
verhaallijnen uit de geschiedenis en deel drie gaat verder waar deel een
gestopt is. In deel een arriveert Victor Hoppe in zijn geboortedorp
Wolfheim. Hij heeft een wieg bij zich met
daarin een opmerkelijke drieling: ze hebben alle drie een enorme hazenlip,
vuurrood haar en lijken exact op elkaar. De drie hebben de namen van de
aartsengelen: Michael, Gabriël en Rafaël. Wolfheim is een traditioneel
katholiek dorpje wiens inwoners erg wantrouwig zijn tegenover de dokter, maar
dit verandert snel als de dokter een paar bewoners geneest. Ze blijven echter
nieuwsgierig naar de drieling, die nooit buiten komt en aan een ernstige ziekte
lijkt te lijden. Uiteindelijk wordt de gepensioneerde onderwijzeres Charlotte
Maenhout uitgekozen als kinderjuf. Charlotte zorgt goed voor de kinderen maar
ontdekt al snel dat er een heleboel dingen niet normaal zijn. De kinderen zien
er veel ouder uit dan andere kinderen van hun leeftijd en worden op hun eerste
al helemaal kaal. Ze ontdekt dat Hoppe medische experimenten op zijn zoontjes
uitoefent en wil weg bij de kinderen. Op haar laatste dag is de dokter niet
thuis, en vind ze bewijzen dat de dokter experimenteert en wetenschappelijke
artikelen waarin het werk van Hoppe in verband wordt gebracht met fraude en
chaos. Als ze ’s avonds ruzie maakt met de dokter valt ze van de trap en breekt
ze haar nek. Hier begint deel twee, waarin twee verhaallijnen van belang zijn:
de jeugd van dokter Hoppe en de tijd dat hij begint met kloonexperimenten. Deze
twee verhaallijnen lopen in het boek door elkaar. Victor Hoppe wordt bij zijn
geboorte vanwege zijn hazenlip verstoten door zijn moeder en beland in een katholiek
gesticht. Hier geeft niemand om hem, tot de novice Marthe voor hem zorgt en
ontdekt dat Victor helemaal niet debiel is en juist heel goed kan lezen en
schrijven. Victor vertikt het echter om dit te doen waar andere mensen bij
zijn, zodat Marthe niet gelooft wordt. Ze kan Victors vader echter wel
overhalen om Victor uit het gesticht te halen. Victors moeder overlijdt heel
snel en hij wordt op een internaat gezet waar hij een goede leerling blijkt te
zijn en gymnasium gaat doen. In het internaat krijgt hij het besef dat God het
Kwaad is: in naam van God is hijzelf immers opgesloten geweest in het gesticht.
Jezus wordt de personificatie van het Goed voor hem. De dag dat hij zijn
diploma heeft gehaald, pleegt zijn vader zelfmoord en Victor begint met een
studie embryologie. In de tweede verhaallijn wordt vertelt over de experimenten
die Hoppe uithaalt met het klonen van dieren en mensen. Hoppe lijkt eerst een
genie en iedereen is vol lof: het is hem gelukt om een aantal muizen te klonen.
Later slaat dit echter volledig om: Hoppes experimenten kunnen niet succesvol
herhaald worden en zijn aantekeningen en bewijzen lijken niet te kloppen. Hij
wordt beschuldigd van fraude, maar de dokter lijkt er zelf niet zoveel om te
geven. Hij is intussen al bezig met de volgende stap, het klonen van mensen.
Hij doet een proef bij twee lesbische vrouwen, maar dit mislukt. Als hij het
later nog een keer probeert bij een van de lesbische vrouwen gebruikt hij zijn
eigen genetische materiaal. Op deze
manier kan hij bewijzen dat hij gelijk heeft, omdat een kindje met een hazenlip
wel een kloon van hem moet zijn. Het lukt en de drieling wordt geboren. Hoppe
neemt ze mee. Hij licht Rex Cremer, zijn begeleider, in over deze experimenten
en zo wordt Cremer medeplichtig. Deel drie sluit weer aan op deel een. Cremer
gaat naar Wolfheim om het experiment onder ogen te zien. Hij ziet dat het
verschrikkelijk slecht gaat met de kinderen en hoort dat mevrouw Maenhout (door
het toedoen van Hoppe) overleden is, maar vlucht weg van de problemen. Hoppe
denkt intussen te weten waar het fout is gegaan bij de drieling en wil een
nieuw experiment starten waarin hij de fout kan bewerken. Als een doof jongetje
uit Wolfheim overlijdt, snijdt Hoppe stiekem genetisch materiaal uit zijn
lichaam en vraagt hij de ouders of ze een nieuw kindje willen dat heel erg op
hun overleden jongen lijkt maar niet doof zal zijn. Zij gaan hiermee akkoord,
maar het lukt de dokter maar niet om de eicellen te laten kiemen met het DNA
van de jongen. Intussen is de lesbische draagmoeder van de drieling op zoek
naar ‘haar’ kinderen, zij weet niet dat het klonen van Hoppe zijn. Als ze in
Wolfheim aankomt denkt ze in ieder kind haar eigen kinderen te herkennen,
waardoor de dorpsbewoners haar voor gek verslijten. Als ze het huis inkomt
hoort ze dat Michael al dood is en ziet ze dat de andere twee op sterven
liggen. Ze probeert hulp te zoeken door Rex Cremer te bellen maar de
dorpsbewoners helpen haar niet, en als ze het huis weer in gaat zijn ook de
andere twee kinderen gestorven. Ze wordt woedend op Hoppe, snijdt hem in zijn
zij en wordt dan door hem vermoord. Hoppe brengt zijn eigen genetische
materiaal in bij de moeder van het overleden jongetje. Rex Cremer is intussen
naar Wolfheim gekomen en treft in het huis de drie kinderlijkjes en het lichaam
van de vrouw aan. Omdat hij zich schuldig voelt en weet dat hij medeplichtig
is, verbrand hij het huis om alle bewijzen te vernietigen. Diezelfde dag is er
een bedevaart naar La Chapelle waar het hele dorp in meeloopt. Als ze bovenop
de berg zijn, zien ze het lijk van Victor Hoppe dat aan het kruis hangt en dan
naar beneden uitscheurt. De gemeenschap gelooft dat de vreemde vrouw de brand
in het huis heeft aangestoken en dat zij Hoppe heeft gekruisigd, maar in
werkelijkheid heeft Hoppe dit zelf gedaan omdat hij zichzelf als een moderne
Jezus ziet. Het laatste hoofdstuk is een soort epiloog. Er wordt verteld dat de
ouders van het dode jongetje een nieuw kindje hebben gekregen, met een
hazenlip. Rex Cremer is de bewuste dag om het leven gekomen, omdat hij in een
bouwput is gereden.
Literatuur of lectuur
De Engelenmaker is absoluut literatuur. Het is een boek met een bijzonder thema, een
hele goede schrijfstijl en een bizarre ontknoping. Orgineel is echt een woord
dat dit boek beschrijft: het is in heel veel opzichten anders dan andere
boeken. Wat ik bijvoorbeeld heel bijzonder vond was de alwetende verteller, die
met een heel subtiel gevoel voor ironie de gedachten van alle personages weer
kan geven. Er zitten heel veel verwijzingen naar de bijbel in het boek. Ik ben
zelf niet gelovig opgevoed, waardoor ik er zelf niet alles uitgehaald had. Toen
ik de uitwerkingen van het boek op internet las was ik echt verbaasd hoe diep
de verwijzingen zijn. Het lijkt wel alsof Stefan Brijs over elke naam heeft
nagedacht en dat er bijna niets zonder betekenis is. Het boek laat je zelf
nadenken over sommige morele vraagstukken, zonder er zelf een duidelijk oordeel
over te geven. Hoppe laat in het boek bijvoorbeeld een siamese tweeling
doorleven zonder dit aan de moeder te vertellen, hij kloont muizen en mensen en
is eigenlijk alleen medisch geïnteresseerd in zijn zoontjes. Hoe ver mag je
voor de wetenschap gaan? Brijs geeft geen oordeel in zijn boek, maar door de
sarcastische toon die heel het boek voortduurt krijg je een ongemakkelijk
gevoel en moet je wel nadenken over je
eigen waarden. De ontzettend spannende ontknoping van het boek is bizar en ook
wel enigszins luguber. Ik vind dat Brijs hier wel iets subtieler had kunnen
zijn. Ook vind ik de epiloog, waarin je leest wat er met Rex Cremer en de
ouders van het dode jongetje is gebeurt, een beetje zwak en eigenlijk
overbodig. Je hebt net de climax van het slot gehad, en het was naar mijn idee
spannender geweest als je zelf had moeten nadenken over de probelemen die
Victor Hoppe achterliet. Dat is jammer, omdat het een zwak einde is dat je niet
zo sterk bijblijft als het ‘echte’ einde. Al met al vind ik de Engelenmaker een
absolute topper, bijzonder en enig in zijn soort en een echte aanrader.
fucking epic ja
BeantwoordenVerwijderen